Zijn jas

De gewoonheid der dingen. Wat dichtbij en zo vertrouwd was, maar daarom des te magischer, dat werd het belangrijkste thema naarmate het dichterschap van Rutger Kopland (1934 – 2012) zich verder ontwikkelde tot het zijn definitieve vorm kreeg. Waarvan het volgende gedicht ‘Zijn jas’ een uitgesproken voorbeeld is:

305665Mijn vader J was nog maar net
gestorven toen mijn moeder A
zijn nieuwe regenjas voorzichtig
van de kapstok nam. Pas eens,
zei ze, hij was er zo trots op.

Daar stond ik dan en voelde
aan de mouwen en bij het sluiten
van de knopen hoe dood hij was
en hoe ver weg mijn jeugd. Oud
en zwak zou ik worden, in deze
plooien zou mijn huid gaan hangen
om mijn knoken.

Over robschimmert

een senior met een brede belangstelling en een sterke maatschappelijke betrokkenheid, die daaraan op schrift en in de vorm van een weblog vooral uitdrukking wil geven.
Dit bericht werd geplaatst in Gedichten en getagged met , , , . Maak dit favoriet permalink.

Plaats een reactie