Nooit geweten dat hij ook van de dichterlijke markt thuis was, de schrijver Koos van Zomeren. Wel bekend was hij als bioloog en natuurliefhebber. Waardoor dit gedicht “De helpende hand” een verrassende , maar tegelijk ook een zo voor de hand liggende kant van hem laat zien:
Volmaakt van veren –
een jonge tjiftjaf
van de grond geraapt en
op je hand geklommen
lichter dan een zegelring.
Je blaast hem zachtjes op
zijn rug – maar hij laat zich
niet wegblazen, hij klemt zich
nagelpuntig aan je vast
jij bent zijn vriend geworden.
Hij hoeft de vrijheid niet
niet nog meer regen
niet nog meer storm
geen honger meer
geen onrust meer.