Het ligt dik voor de hand dat het volgende logje bij deze en gene gemakkelijk tot een soort van schouderophalen zal leiden en het beeld oproept van die kinderhand die wel erg snel gevuld is, om nog maar te zwijgen over de kouwe drukte die om zo’n muizenis wordt gemaakt. Hoe voorspelbaar zo’n reactie ook is en zelfs begrijpelijk als het bezien wordt vanuit het oogpunt van de professional, het neemt niet weg dat ik toch niet licht een gevoel van triomf kon onderdrukken toen ik de klus had geklaard waarvan ik twee, drie jaar geleden niet eens durfde dromen dat ik me daar aan zou wagen. Toen ik er iemand mee bezig zag, vermoedde ik iets van magie die ver van mijn bed zou blijven. Kunstgrepen van een onpeilbaar abstractieniveau waar ik met mijn pet nooit bij dacht te kunnen. Natuurlijk ging het over het installeren van zo’n gadget, zonder welke digitalisering niet meer mogelijk schijnt te zijn. Ik werd namelijk verblijd met een Chromecast, een tool zonder welke de moderne mens die nog niet in de buurt van een smart-tv komt, schijnt te kunnen. Enfin, zoals dat dan gewoonlijk gaat, wordt zo’n gadget keurig aangebracht en in werking gezet. Wat echter met zoveel aplomb gaat dat je nauwelijks nog de tijd hebt om je erin te verdiepen dan wel ermee vertrouwd te raken. Met als gevolg dat het apparaatje hoe nuttig ook, op zijn plaats zit en er blijft zitten zonder dat nut te kunnen bewijzen. Met als gevolg dat het op enig moment, zeg twee jaar later, toch weer ergens in een la terecht komt dankzij de zo vaak dan gestelde retorische vraag van wat we er in feite mee moeten.
Tot op enig moment, inderdaad tijdens de coronatijd als er toch meer aan huis gekluisterd wordt, er veel meer behoefte begint te bestaan om naar de tv, naar series en films te kijken. Netflix wordt ontdekt, maar uiteraard moet het aanbod veel breder. Dus wordt NPO Plus plotsklaps hot en direct daarop ook de vraag hoe dat aanbod op je tv-scherm te krijgen, met logischerwijs de herwonnen urgentie van Chromecast, die echter wel operationeel gemaakt moet worden. Natuurlijk is het dan slikken en gaat het niet aan om naar de bekende weg te vragen bij degene die een aantal jaren terug daarmee een dienst dacht te hebben bewezen. Dus met de nodige porties, bloed, zweet en tranen in het vooruitzicht heb ik de klus van de installatie van de Chromecast aangepakt, die voor de insiders vast een fluitje van een cent zal zijn. Maar voor mij, de digibeet, toch een hersenbreker van formaat, omdat elke stap in dat proces als een sprong in het duister voelt, met een uitkomst die ongewis blijft en de zelftwijfel eigenlijk voortdurend voedt. Omdat je geen flauw benul hebt waar je uitkomt of het schip strandt. Spannend dus, hartstikke spannend. Daarom gunde ik mijzelf die reuzenontlading, die juichkreet toen opeens op mijn tv-scherm het door mij met mijn smartphone opgeroepen beeld verscheen. Ik had gewonnen, ik was het mysterie van de Chromecast de baas geworden. En dat voelde wat goed. Heel goed.
Ik weet niet eens wat het is. Dus respect.
Exact diezelfde sprong in het duister maakte ik twee jaar geleden. Tot groot vermaak van mijn – al enige jaren uithuizige – zoon die opmerkte: ‘Best knap hoor, pa: mijn cadeautje voor jou uit de verpakking halen en binnen twee weken al aan de praat krijgen! Niet slecht voor iemand van jouw leeftijd.’ Au!
Kortom, ik voel je, Rob. Ik voel je. Zullen wij een praatclub oprichten over dit onderwerp?
Maar nu ik nog ?