Klassenverschillen hebben geen politieke relevantie meer. Voor welke partij is daar nog eer aan te behalen? Welke lijsttrekker hoor je daar nog over? De ideologische veren zijn afgedaan en Marx lijkt het treurig lot van de vergetelheid beschoren. Agenda’s en programma’s doen er niet meer toe, waardoor politieke partijen zo veel als belangenbehartigers zijn geworden, die te pas en te onpas ingehuurd worden om de volgende brandende kwestie op een parlementair niveau te tillen. Het is de waan van de dag die op het Binnenhof regeert, met gedachten – en besluitvorming die de vierkante millimeter niet meer overschrijdt. De pietlutten en de kampioenen in het vliegen afvangen vieren hoogtij. Ruim baan voor de kommaneukers en kruideniers die de verworpenen der aarde wel eens naar hun maat slachtofferhulp zullen bieden. Tot in absurdum, zoals telkens weer blijkt uit het gejubel als het flinterdunste succesje wordt behaald. Waarvan het vaderland dan onlangs weer eens tenenkrommend getuige moest zijn toen in het debat over de zorgwet zo maar 6 euro op jaarbasis, oftewel twee kwartjes per maand, werden verdiend voor de laagst betaalden van het land. Ooit zo zout gevreten en wel eens een betere illustratie gezien van de oorzaak van de verwijdering tussen de landelijke politiek en de kiezer in het land? Maar heeft het nog zin om daar lang en breed over uit te wijden dan wel iets aan de kaak te stellen?
Niet dat het mijn tijd zal duren. Dat zeker niet. Echter, de moedeloosheid slaat zo langzamerhand toch toe bij het zien van zoveel weerbarstigheid in de vaderlandse politiek, waar alles zijn eigen en vooral vertrouwde weg en gang gaat en ziende blind en horende doof is voor alle rancune en onvrede die nu al bij zoveel verkiezingen werd uitgestort over de Haagse binnenwereld die zich onmachtig toont om er ook echt iets mee en aan te doen. Nergens heeft Pavlov zo uitgebreid en diepgaand school gemaakt als op en rond het Binnenhof. Dus waarom haast gemaakt met een nieuw kabinet, als formeren al een beetje folklore begint te worden? En natuurlijk wordt er bij het zoveelste schandaal niet over gedacht om af te treden, maar met de mond beleden om duchtig op te treden. Waarna dat pluche alweer zo behaaglijk voelt, in afwachting van dat zalige bestuurlijke baantje in de provincie. Want zo zijn immers de politieke gewoonten, waar verder toch geen haan naar kraait. Zo is het ongeveer geregeld en gaat men gewoon lekker zijn gang in dat verloren paradijs dat ooit de representatieve democratie was.
Je moet doen wat goed is voor het volk, en daar achterstaan. Maar dat wel te ver gaan bij die gasten.