De brief waarmee Rutte zich de afgelopen week tot de Nederlanders richtte – als VVD – leider, laat dat wel even met nadruk gezegd zijn – kan moeilijk anders aangemerkt worden dan een overduidelijk bewijs van zijn ideologische armoede. Alsof hij het ook allemaal niet meer weet. Want waar sprak de liberaal in hem in dit bijna paginagrote schrijven? Welk idee ging er nu echt achter schuil. Geen dus. Of het moet die hardnekkige poging zijn om van zoveel mogelijk walletjes tegelijk te willen eten, met vooral als leidende gedachte dat alles dat maar enigszins spraakmakend is, desnoods waan van de dag, in elk geval wel aangeroerd moest worden om aldus zoveel mogelijk mensen te bereiken en als het even kan aan te spreken. In campagnetijd mag immers alles en is opportunisme wel het laatste woord dat vies genoemd mag worden. Nou, als je dan de bocht maar kort genoeg neemt, kom je zo terecht bij dat gemakkelijke appèl aan iedereen om vooral gewoon en normaal te doen. Geen Nederlander die dat niet begrijpt. Maar aan de andere kant wel zo gemakzuchtig om zo de steun van de kiezer te werven en tegelijk even verraderlijk, omdat er dus helemaal niets wordt beloofd noch prijs wordt gegeven welke kant de VVD na 15 maart opgaat.
Wat dat aangaat biedt de afgelopen regeerperiode meer houvast dan deze mooie woorden. Want woorden kunnen elke kant opgaan in tegenstelling tot daden, die vast staan, onontkoombaar zijn, dus het ijkpunt bij uitstek zijn waarnaar geoordeeld kan worden. Welnu, in dat licht bezien staat de VVD, en Rutte nog meer, er bijzonder beroerd op als zij gewogen moeten worden op hun daden en op de consistentie en betrouwbaarheid ervan. Laat staan dat er een beeld is ontstaan van een politieke partij waaraan je met gerust hart en vol vertrouwen mandaten kunt geven. Integendeel. Achterklap, toedekken, gebroddel, gemanipuleer, amateurisme beheersen het beeld dat opgeroepen werd door liberale bewindslieden als Opstelten, Teeven, van der Steur, Wiebes, Weekers, die al zwalkend ook nog gedekt werden door hun voorman Rutte, die als het om besturen en managen gaat, het lelijk heeft af laten weten, de boel de boel liet en daarmee dat typisch liberale laissez – faire in extremis tot de nagel aan zijn doodkist zal zien worden.
Ik zou hem wel mijn auto willen uitlenen, maar niet mijn stem want daarmee vliegt meneertje uit de bocht.
Ik zie hem nog eens van zijn voetstuk vallen…