Dat Nederlands best een ingewikkelde taal is, kan bijna een open deur genoemd worden. Welke taal is dat niet? Maar het lijkt er toch op dat wij wat dat aangaat de nodige extra’s in ons taaleigen hebben om dat streepje voor te hebben qua complexiteit. Ik ben in elk geval blij dat ik het Nederlands met de paplepel heb ingegoten gekregen en dat ik het niet op latere leeftijd hoef te leren. Ik zie mijn geest al kruipen. Zodat ik al die allochtonen, asielzoekers en vluchtelingen niet benijd en niet graag in hun schoenen zou willen staan voor een missie die nooit voor honderd procent zal kunnen leiden tot een vloeiende uitspraak en volledig taalbeheersing en het begrip ervan. Want kom er maar eens om de betekenis te begrijpen van de volgende tien gewone Nederlandse woorden, die zo op het eerste gezicht ook nog niet eens naar een andere taal te herleiden zijn:
gemelijk – gepikeerd – soebatten – besmuikt – fnuikend – klakkeloos – kakkerlak – puik – gnuiven – prompt
Toch gaan er weken voorbij dat ik deze woorden niet gebruik.
Maar als je in Nederland mee wilt doen, zul je ze toch moeten kennen of begrijpen.
Ze willen niet meedoen. Dat is het ‘m juist. Veel buitenlanders willen hier wel wonen maar niet leven, niet opgaan in onze samenleving.
Ik heb een collega uit Iran, die spreekt evenals zijn vrouw keurig Nederlands, als ik die met zijn familie in Iran Iraans hoor spreken krijg ik dat niet door mijn bek… Mijn tong zou spontaan in de knoop raken.
Ik vrees dat heel veel Nederlanders deze woorden niet kennen en niet gebruiken. Ik vrees dat het met de kennis van de eigen taal bedroevend gesteld is. Ik vrees ook dat er op de Nederlandse scholen de eigen taal van ondergeschikt belang is en dat veel onderwijzers/leraren de taal zelf ook amper machtig zijn.
De grootste bedreigingen voor het Nederlands zijn het Engels, Google en de multiple-choice. 🙃