Het zou mij verbazen als het anderen anders dan mij is vergaan na wat er vorige week vrijdagavond in Parijs is voorgevallen. Want in tegenstelling tot wat er zoal aan terreur gedurende de afgelopen jaren is gepasseerd, kwam dit allemaal wel erg dichtbij, werd het opeens meer dan concreet en kon het zijn sporen bij mij nalaten. Dit was voor de eerste keer dat aanslagen de abstractie voorbij waren, merkte ik eigenlijk nog het meest nadien. Want de Twin Towers in New York, Mumbai, Madrid en Londen en ook Charlie Hebdo bleken stuk voor stuk incidenten, ondanks hun omvang en hevigheid, die toch niet het echte effect hadden op mijn eigen bestaan, op mijn zijn. Of vanwege het feit dat de locaties de facto erg ver van mijn bed waren dan wel doordat achtergronden c.q. motieven er lastig naar te herleiden waren. Zoiets als de vrijheid van meningsuiting heeft uiteraard wel wat met mij te maken, maar is niet de hoeksteen van mijn eigen leven en geeft daar niet een bepalende richting aan. Zodat ik mij op die momenten, aan het begin van dit jaar en ook in Parijs, toch meer een toeschouwer waande dan dat ik het gevoel had dat het mij overkwam. Het gebeurde nog niet eens zo ver van mijn bed, maar was toch een abstractie waardoor ik vrij kort daarna tamelijk probleemloos kon overgaan tot de orde van de dag.
Waar met de terreurexplosie van een week geleden veel minder sprake van was, omdat ze mensen trof die niet doelbewust uitgezocht waren om slachtoffer te worden, maar dat door het noodlot werden, omdat ze ongelukkigerwijs op het verkeerde moment en de foute plaats van het leven zaten te genieten. En die willekeur, die hen dus trof, bracht dit gebeuren in al haar hevigheid echt dichtbij en werd daarmee ook zo voorstelbaar. Want ik kan mij tot op heden toe nog geen enkele reden voor de geest halen die mij gerust stelt, want mij verklaart waarom het mij niet is overkomen. Hoogstens dat ik geluk heb gehad dat ik niet ter plekke in Parijs was en dat de aandacht van die onheilbrengers toevallig op die stad was gevallen. Gedachten waar je dus beslist niet rustiger van wordt, die je ook waakzamer maken en meer op je tellen doen passen. Waardoor ik ook, en soms onverhoeds en onbewust, nadenk bij de stappen die ik zet en bij wat ik ga doen. Want het zal toch niet, hoor ik een stem opeens in mijzelf zeggen. Nee, het zal zeker niet, omdat je anders wel met alles kunt ophouden. Maar het is wel met mij gebeurd na vorige week vrijdagavond. Mijn onbevangenheid is voor een deel aan de haal. Hoewel ik er toch op vertrouw dat ze langzamerhand wel weer aan zal groeien. Omdat ik nu eenmaal zo in elkaar zit.