Over Santiago de Compostella

In de dagelijkse verslagen van de voetreis naar Santiago de Compostella stonden genoeg wetenswaardigheden die het verdienen om nog eens extra uitgelicht te worden. De komende tijd zullen wat van die fragmenten hier hun verdiende volgende plaats krijgen. Met om te beginnen meer over Santiago de Compostella zelf.

Misschien goed om een beetje over de stad en de legende van de apostel Jacobus te vertellen: Jacobus was één van de discipelen van Jezus. Zijn stoffelijk overschot zou, nadat hij in Palestina was onthoofd, in een stenen boot zijn gelegd waarin twee discipelen meereisden. De boot bereikte vanzelf de Galicische kust, waarna het dode lichaam werd begraven in de berg Libredón. Over het graf verrees een machtige basiliek. De stad heet officieel kortweg Santiago, maar er zijn nog veel meer steden die zo heten. Compostella is een toevoeging, die vooral wordt gebruikt als men de stad als bedevaartsoord beschouwt. De gecombineerde naam ‘Santiago de Compostela’ kan ook worden vertaald als Santiago, bijgenaamd Compostela. Vaak wordt gezegd dat de toevoeging komt van Campus Stellae (sterrenveld), vanwege de ster, die volgens de aflevering, het gebeente van Jacobus op deze plaats heeft aangewezen. Een betere verklaring is dat de naam is afgeleid van het Latijnse Compos[i]tum of in het plaatselijke Latijn ‘Composita tella’, hetgeen verwijst naar een begraafplaats of kerkhof. Bij archeologische opgravingen tussen 1946 en 1959 werd inderdaad een Romeinse necropool (betekent begraafplaats) gevonden. Santiago telt 100.000 inwoners , waaronder 35.000 studenten! Er is een luchthaven op 10 km ten oosten van de stad en dit is de belangrijkste luchthaven van Galicië.

De kathedraal, de basiliek, de plek waar het de pelgrims uiteindelijk om te doen is, het ultieme reisdoel dus, heeft de vorm van een kruiskerk en kent diverse stijlen: het zuidportaal is in Romaanse stijl, het westportaal in barok en de noordkant neoclassicistisch. Naast de kathedraal zijn er nog meer prachtige gebouwen te bezichtigen in Santiago, zoals het staatshotel Hostal de los Reyes Católicos; het bisschoppelijk paleis Pazo de Raxoi, thans gemeentehuis; het Colexio de San Xerome dat in de 16e eeuw dienst deed als woonruimte voor arme studenten; diverse Plaza’s zoals de Plaza de Abastos, de grote marktplaats die een van de vijf grootste is in Spanje en massaal bezocht wordt door toeristen. Tenslotte ook natuurlijk het San Martin Pinario, het voormalige klooster, waarin een hotel voor pelgrims is gevestigd. Een van de belangrijkste toeristische attracties van Santiago de Compostella is de slingering van het wierookvat tijdens misvieringen in de kathedraal. Het vat, officieel Botafumeiro genoemd, is het grootste wierookvat ter wereld. Het vat is 1.50 meter hoog en weegt ongeveer 53 kg. Het wordt vóór gebruik gevuld met houtskool en wierook en hangt aan een dik touw. Acht kerkdienaren brengen het in beweging. Daarbij slingert de Botafumeiro op spectaculaire wijze van links naar rechts door de ruime dwarsbeuk. Hij bereikt daarmee een hoogte van twintig meter, nauwelijks één meter lager dan het gewelf. Één slingerboog bedraagt maar liefst vijfenzestig meter! Volgens overlevering dient de Botafumeiro om de lucht in de kathedraal te zuiveren van onreinheden en onwelriekende geuren van de pelgrims. (aldus Willem Thijssen)

Advertentie

Over robschimmert

een senior met een brede belangstelling en een sterke maatschappelijke betrokkenheid, die daaraan op schrift en in de vorm van een weblog vooral uitdrukking wil geven.
Dit bericht werd geplaatst in De wereld en getagged met , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Een reactie op Over Santiago de Compostella

  1. sjoerd zegt:

    Een mooi interessant verhaal. Mij was het in ieder geval onbekend.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s