Het beeld dat zich de laatste tijd van Limburg, en meer in het bijzonder van Zuid – Limburg, begint af te tekenen, kan moeilijk erg verheffend genoemd worden, is gewoon weinig fraai. Voor de bewoner van die provincie bestaat er dan ook nauwelijks nog aanleiding om daar trots op te zijn. Je hoeft je er in de rest van Nederland niet mee te laten zien. Weggehoond worden is je deel, en volkomen terecht. Want maak er maar eens wat anders van. Van zo’n provincie die de reputatie heeft verworven van een vriendenrepubliek te zijn waarin gemankeerde bestuurders elkaar gretig de bal toespelen, hun eigen boekhoudregels hebben, dubbel schrijven en de hand onmogelijk in de buurt van de eigen boezem weten te brengen. Is het dan, met zo veel verzamelde incompetentie en gerede twijfel over goede trouw, nog verwonderlijk dat er door deze regio hoog gescoord wordt op de Nationale Misdaadmeter en dat het gevoel van onveiligheid van haar bewoners zo overduidelijk aanwezig is? Waar motorclubs elkaar ongestoord en ongeremd te lijf mogen gaan en de tent uit kunnen vechten en het dus volledig in de rede lag dat de prestigieuze aanbesteding van het openbaar vervoer wel moest uitmonden in een laakbaar dubbelspel met als hoofdmoot daarin corruptie en bedrijfsspionage. Kortom, een scorestaat, waar een normaal mens niet mee thuis hoeft te komen, behalve als zich dat in Limburg bevindt en als de aanwezigheid van een andere kant van deze medaille wordt genegeerd. Want dat er ook een andere verhaal is dat evenzeer bij deze provincie hoort, staat buiten kijf en dient ter nuancering uiteraard ook verteld te worden.
Elke schaduwkant kent immers ook zijn zonnige zijde. Wat in Limburg inhoudt dat er in royale mate bedrijvigheid is om deze provincie toekomstbestendig te maken, waarbij succesnummers als VDL/Nedcar, Chemelot Bedrijvencampus en DSM voor het gemak buiten beschouwing worden gelaten. Maar mag er misschien in dit verband wel gerefereerd worden aan de ondertunneling van de A2 bij Maastricht en aan de aanleg van de Buitenring rond Parkstad die die verzameling gemeenten met hun complexe infrastructuur en stratenplannen welke restanten zijn van het mijnverleden, toegankelijk moet maken, in feite moet ontsluiten? Met in logische samenhang daarmee de zogenoemde Internationale Bau-ausstellung (IBA), die er zich op richt om onder leiding van ex – Rijksbouwmeester Jo Coenen aan datzelfde Parkstad in vijf jaar tijd een face-lift te geven door middel van reeksen vernieuwende bouwprojecten, precies zoals dat onder dezelfde noemer succesvol gebeurde in Hamburg en in het Ruhrgebied. Realisering van een Intercity tussen Heerlen en Aken en van een tramverbinding tussen Maastricht en het Belgische Hasselt moeten het betrekkelijke isolement van Limburg reduceren, terwijl in Maastricht op het Belvedère – terrein een cultureel centrum zal ontstaan dat van nationaal formaat moet zijn. Wat bijeen genomen dus die andere kant van deze provincie is die niet de publiciteit haalt, maar er wel degelijk toe doet als het gaat om de vaststelling van het echte beeld van Limburg en dat stukken rooskleuriger is, zeker geplaatst in een toekomstig perspectief, dan de media te vaak willen doen geloven.
Ik zou het persoonlijk niet erg vinden als de toeristen in een wat mindere mate het zuiden des lands aandoen.
Ik begrijp werkelijk niet waarom je de rust van Zuid Limburg zou willen inruilen voor de hectiek van de industrialisatie in andere streken. Dat DSM is toch niet om aan te zien, een puist in het landschap.
Het is wel de bedoeling dat er hier brood op de plank blijft komen. En dat lukt echt niet alleen dankzij toerisme en horeca.