Omdat het ene sonnet van Fernando Pessoa nog fraaier en melancholieker is dan het andere, is het maken van een keuze daaruit een even zwaarmoedig makende bezigheid als de stemming en de sfeer die telkens in die veertien achtereenvolgende regels besloten liggen. Maar uiteindelijk steeds de moeite waard zoals ook dit vijde sonnet van deze grote Portugese dichter laat zien:
Hoe lang is gisteren voorbij! ’t Verleden
Blijft op een eindeloze afstand staan.
Vervlogen dingen, lang en kort geleden,
Al even onherstelbaar hier vandaan.
Oneindig ver verwijderd is van hier
Wat eenmaal tot een Heden worden moet,
Zoals de golf aanrolt in de rivier,
Niet ons bereikt, maar opgaat in de vloed.
Want dat is Tijd, die tijdloos door blijft lopen
En eender heerst over elks eigen lot,
Die een gebroken zon niet vrij kan kopen
Noch door een nieuwe datum wordt bedot.
Want dat is Tijd, die ’t hart ten grave leidt
Met enkel dat en angst als zekerheid.