Het zal mij vast niet in dank worden afgenomen. Mogelijk wordt mij zelfs elitair denken aangewreven. Dat moet dan maar. En het betekent zeker niet dat ik het daarom onuitgesproken zou laten. Want daarvoor klemt het volgende te zeer. Van mij hoeft echt niet iedereen zijn zondag te beginnen met het kijken en luisteren naar VPRO’s Vrije Geluiden. Maar de ruimte tussen het platte vermaak dat tegenwoordig onvermijdelijk lijkt en en masse schijnt te moeten worden aangeboden en dat programma in de vroege zondagochtenduren is toch stukken groter dan dat ze alleen maar moet worden opgevuld met niksigheid met nergens meer iets dat getuigt van goede smaak. Kom nou. Het zal toch niet zo zijn dat het gros van de bevolking nog alleen maar geamuseerd en bezig gehouden wil worden met zaken en evenementen die nergens over gaan en waarin geen boodschap te herkennen is. Aan de andere kant kost het mij wel steeds meer moeite om niet in cynisme te vervallen en niet te gaan geloven dat het met de interesses en gemoedstoestand van velen van ons ernstiger is gesteld dan ik zou durven denken en geloven.
Waarbij ik mij in die richting ‘geholpen’ voel door het bericht van deze ochtend in mijn regionale krant dat vermeldt dat het zonnige stadshart van Maastricht op zondagmiddag uitpuilde van de mensen die rijen en rijen dik kwamen kijken naar de vijfjaarlijkse Reuzenstoet die er rond trok. Wat onvermijdelijk de vraag oproept wat dit evenement dan wel helemaal behelsde. Welnu, zo’n tachtig reuzen van papier maché, die allerhande types voorstelden en afkomstig waren uit alle mogelijke windstreken, werden langs een korte route in Maastricht rondgezeuld, waarna het hele gebeuren over was. Niets meer en niets minder. Dus in principe totaal niet iets bijzonders, waarvan de niksigheid opgeblazen was door het affiche dat het maar die ene keer in de vijf jaar wordt gehouden. Alsof daarmee iets buitengewoons ontstaat, terwijl nul keer nul toch altijd nul blijft. Zo ook deze Reuzenstoet, waarvoor dankzij alle tamtam eromheen zoveel mensen toch op de been wensten te komen, alsof ze niets beters te doen hadden of geen interessanter bezigheid voor zichzelf konden verzinnen. Of hadden ze zich om de tuin laten leiden? Want dat is de andere kant van het juichverhaal dat Maastricht uit haar voegen barstte en dat er weer die ouderwets gezelligheid heerste. Die gezelligheid die dus geen tijd kent, maar waarachtig wel op een zinvoller en ook smaakvoller wijze tot stand had mogen komen.
Het is een tijdsbeeld Rob. Mensen willen inderdaad vermaakt worden. Je moet dus iets doen om mensen naar de belangrijke koopzondagen te lokken. Er is zelfs een term voor: Funshopping.