Om de zoveel tijd zakt mij de broek af als er weer zo’n wijsneus op televisie opduikt om ons uit te leggen waarom we doen wat we doen. Vandaag overkwam mij dat opnieuw nadat het toch al een tijdje wat dat aangaat rustig was geweest. Misschien wel omdat ik me ook niet zoveel meer gelegen laat liggen aan wat mijn tv mij te bieden heeft. Maar zoals gezegd, deze Goede Vrijdag was het weer eens raak. Ik was naar een uitvoering van de Matthäus Passion in de Martinuskerk in Venlo geweest en had daar genoten van het meesterwerk van Bach zoals dat gebracht werd door Philharmonie Zuidnederland met een prominente bijdrage van het Philips’ Philharmonisch Koor, dat mij met haar enthousiasme en prachtige klank met name bekoorde en ontroerde. En uiteraard was ik ook weer diep onder de indruk van alle aria’s en solistische bijdragen, waarvan de schoonheid van een welhaast logische vanzelfsprekendheid was. Als je daar bijna vier uur van hebt mogen smullen en dus nog op wolken loopt, kun je des te harder en onzachter op de grond terecht komen.
Dat gebeurde wel met mij toen in het Achtuurjournaal dat bezoek aan de Matthäus Passion op Goede Vrijdag in een handomdraai werd afgedaan als iets dat voortvloeit uit de behoefte van de Nederlander aan gezamenlijkheid op zo’n dag, uit de wens om juist dan met hetzelfde bezig te zijn. Welke simplificatie werd gedebiteerd door een dame van het Nederlands Instituut voor Volkscultuur – Ineke Stroeken was, meen ik, haar naam – die mogelijkerwijs blij was dat ze ook een keer een microfoon onder haar neus geduwd kreeg en de kans om haar eigen bestaan en aanwezigheid op dat moment te rechtvaardigen met beide handen aangreep om vervolgens wat mij betreft de plank volledig mis te slaan. Want ik was in Venlo voor de mooie muziek, die het best tot haar recht kwam in de geweldige akoestiek van de Martinuskerk. En velen met mij, zo weet ik wel zeker. En bepaald niet om die mevrouw van de volkscultuur te gerieven en haar haar gelijk te bezorgen. Daar zag niemand van de in Venlo aanwezigen naar uit noch toonden zij het verlangen of de behoefte om zich door die Ineke Stroeken in te laten delen.
Dat soort mensen moeten ze gewoon niet aan het woord laten, die maken meer kapot dan goed is.