De krompraat van Baudet

Heb ik de afgelopen week al gerefereerd aan de opmars van de horkerigheid en ranzigheid in de media, waardoor de indruk kan ontstaan dat de uitingen daarvan de standaard aan het worden zijn voor wat wij in Nederland voor beschaving houden, het kan allemaal nog veel erger en venijniger. Dat weten we namelijk ook weer sinds een week waarin de racistische dijenkletsers op de vaderlandse buis en uit de mond van doorsnee blanke, echt blanke, Nederlanders elkaar in hoog tempo opvolgden en als het ware met elkaar erom streden welke het meest over de schreef ging. Met Jack Spijkerman, Daphne Bunskoek, Gordon, Rutger Castricum en Dominique Weesie eensgezind in hun punt, namelijk dat de niet-blanke Nederlanders in een oogwenk en met een vette lach te kijk en opzij gezet mogen worden. Ter meerdere eer en glorie vooral van zichzelf, terwijl het wel meegenomen is als kijkend Nederland daardoor ook in een deuk ligt. Lol over de rug en ten koste van minderheden, omdat deze types nu eenmaal het talent missen om het leuker te maken. Ze weten en kunnen niet beter, waardoor hun onbeschoftheid en onbeschaamdheid hen eigenlijk nog niet eens kwalijk genomen kan worden.

Waar dat daarentegen wel op zijn plaats is als zulke racistische pret ook nog eens goedgepraat wordt door iemand die zich altijd afficheert als een omgevallen boekenkast, dus ook overal een mening over heeft. Want dat kan op zijn minst gezegd worden van jurist en filosoof Thierry Baudet, die zijn beweerde kwaliteit en reputatie wel te grabbel gooit en zich te kijk zet door dat soort racistische grappen te duiden als behorend bij de Nederlandse cultuur en ze ook nog eens aan te merken als het sprekend bewijs dat we goed op weg zijn met de integratie. Uit dat soort gein blijkt immers de gelijkwaardigheid van minderheden. Het geeft bij uitstek aan dat mensen er als geen ander bij horen als dit soort grappen over hen wordt gedebiteerd, oreerde deze huiskamerfilosoof. Ofwel hoe Baudet zijn uiterste best deed en zich in alle bochten wrong om recht te praten wat krom is. En tegelijk en ten overvloede bewees dat stupiditeit en het vooroordeel plus bekrompenheid zich niet klein laten krijgen door boekenwijsheid en zelfs welsprekendheid. Omdat het bloed van die blanke Baudet nu eenmaal kruipt waar het niet gaan kan als het niet gekorrigeerd wordt door een geweten, fatsoen en elementaire beschaving. Met als enig resultaat deze krompraat.

Advertentie