Het gedicht van vandaag, van deze zondag, is een aardigheidje, een niemendalletje dat niettemin met virtuoze hand is geschreven door de dichter en journalist Ed Leeflang (1929 – 2008). In “Plastiek van een tekenaar” geeft hij met weinig woorden toch minutieus de waarneming en het scheppingsproces weer dat voorafgaat aan de totstandkoming van een schilderij:
Snel kneedde je dat portret,
de kop die wel hersens hebben moet.
Het zwevend tekenen van de libel
beweegt onder die bronzen baskenpet.
De wenkbrauwen de zonneschermen,
een snor markies over de mond
om tegen inkijk te beschermen
wat een door drank verlamde tong
van de al sidderende wereld vond.
Geen lijf heeft dit gezicht
dan windgevoelig en langbenig.
Je vingers werkten in hun liefde
haast te lenig, maar hebben
zijn beschaamde blik, schuin dalend
in de grond, nog net op tijd naar
wat daar is en nog gebeuren moet
gericht.