Opnieuw heb ik het voorrecht gehad om kennis te nemen van een debuut van een jonge schrijver dat mij in een aantal opzichten de adem benam, maar mij nog meer met stomme verbazing sloeg. Want wat de jonge Israëlische schrijver Nir Baram in zijn roman “Goede mensen” aan schrijverschap toont, getuigt gezien zijn leeftijd van 35 jaar van zoveel volwassenheid en inzicht in de menselijke psyche dat dat mijn bevattingsvermogen verre te boven gaat. Nog afgezien van zijn talent dat blijkbaar al zo gerijpt is dat hij aan zijn waarnemingen en gevoelens met een zo persoonlijke stijl uitdrukking kan geven. Want dat heeft op mij bij lezing van deze vuistdikke roman nog wel de meeste indruk gemaakt, zijn volstrekt eigen taalgebruik en zinsopbouw, zijn unieke verteltrant en de schildering van situaties en gebeurtenissen, stemmingen en sferen met woorden en zinswendingen die hij als grove penseelstreken gebruikt om de door hem bedoelde beelden op te roepen. Met dat instrumentarium schetst Baram op een imponerende wijze de werdegang van twee mensen die geheel los van elkaar in de moeilijkst denkbare omstandigheden, namelijk in de kontekst van totalitaire regimes, met de beste bedoelingen persoonlijke keuzes maken.
Achteraf bezien blijken die met onze wijsheid van nu foutief en moreel niet verdedigbaar, en moesten wel door hun strak vasthouden aan hun wensen en ambities tot hun ondergang leiden, tot hun verdoold raken in hun eigen bestaan dan wel tot het fysieke einde ervan. Omdat de individu nu eenmaal kansloos is ten opzichte van de machinaties, de bewegingen van het totalitaire apparaat waaraan voor niemand een ontkomen aan is. Dat sombere, heilloze beeld weet Baran met zijn prachtige taalgebruik op te roepen. Wat “Goede mensen” tot een fascinerende roman maakt, waarin de verhaallijn zelfs een strakke opbouw kent naar een plot, een climax die bestaat in de ontmoeting van de twee hoofdpersonen in de somberste streken die de betreffende tijd, het begin van de Tweede Wereldoorlog, kende, namelijk het grensgebied van Polen en Rusland, in Lublin en Brest – Litowsk. Ten aanzien waarvan tegelijk ook de enige kritische kanttekening bij dit verder prachtige boek moet worden geplaatst, namelijk dat die apotheose daar wel heel erg wordt opgerekt en daarmee het beeld oproept alsof Baran er moeite mee had om een krachtig punt aan zijn verhaal te breien. Met als gevolg een bijna anti – climax, welke dit “Goede mensen” absoluut niet heeft verdiend.
Heb je Stoner al gelezen? Zo niet: doen!
Staat op mijn lijstje en ligt hier.
Dan hoor ik graag wat je ervan vindt. Ik moest er even inkomen, maar daarna was ik verkocht.