De afgelopen week hebben we weer een paar fraaie staaltjes voorgeschoteld gekregen van de manier waarop de voetbalwereld de weg volledig kwijt is geraakt en zich in feite heeft losgezongen van de werkelijkheid. En deze keer hoeven we het nu eens niet te hebben over de absurditeiten die mogelijk zijn in het Spaanse, Portugese en Italiaanse voetbal, dus in de landen waarvan de staatshuishouding voor geen meter klopt en waar door beter presterende landen via een Europees noodfonds moet worden bijgesprongen. Nee, dichter bij huis blijkt de economische realiteit van de schulden – en eurocrisis evenmin te zijn doorgedrongen tot de bolle hoofden van bestuurders van betaald voetbal organisaties. Want in Frankrijk en Duitsland blijkt men er ook wat van te kunnen en zou je waarachtig denken dat daar de bomen nog altijd tot in de hemel groeien. Gespeend van iedere werkelijkheidszin en met een schrikbarend, bijna onbeschoft gemis aan maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef worden in onze direkte omgeving voetballers gekocht en beloond tegen de meest absurde prijzen. Dat kun je immers wel zeggen wanneer Zlatan Ibrahimovic voor 65 miljoen euro door Paris St. Germain van AC Milan wordt gekocht en een jaarsalaris van 13 miljoen euro krijgt geboden.
En denk vooral niet dat dit een op zich staand geval is. De gekte heeft bij onze Oosterburen ook toegeslagen en in essentie een nog dwazer vorm gekregen. Daar mag je toch wel van spreken als een relatief onbekende, hoewel zeker getalenteerde voetballer als Luuk de Jong van FC Twente voor de som van 15 miljoen euro gekocht wordt door de Duitse club Borussia Monchen Gladbach en dat terwijl die Luuk nog geen enkele keer in het Nederlands elftal is uitgekomen. Te dwaas voor woorden en de wereld met recht op zijn kop als in aanmerking wordt genomen dat het bedrag waarvoor deze knul van 21 jaar werd getransfereerd, zo ongeveer gelijk is aan de som gelds waarvoor de Rabobank een professionele wielerploeg in de Tour wil laten rijden, dus met inbegrip van staf – en begeleidingspersoneel en alle vereiste trainings – en verzorgingsprogramma’s. Over scheve verhoudingen gesproken die op deze manier wel heel erg transparant worden gemaakt, nog afgezien van het feit dat er weinig fantasie voor nodig is om zo ook de verschillen voor ogen te krijgen die er bestaan tussen de beloningen van goede wielrenners en voetballers. Waarin inderdaad sprake is van een omgekeerde evenredigheid met de inspanningen die door de respektievelijke sporters moeten worden geleverd. En dat maakt eens te meer duidelijk dat de sportwereld beslist de vertekening, de karikatuur van het gewone leven genoemd mag worden, waar gerechtigheid immers ook ver te zoeken is.