Ook tijdens de uitwedstrijd die ik momenteel nog speel, kan ik het niet laten om de zaterdag mijn zaterdag te laten zijn en dus zoals dan te doen gebruikelijk tien begrippen van toen de revue te laten passeren. Vandaag houd ik het bij stukken taal, vooral woorden, die in de loop van de tijd zijn gestold en steeds meer buiten gebruik lijken te raken:
terstond – aanstonds – mettertijd – gaandeweg – onverhoopt – enfin – quasi – onverrichterzake – uitermate – geenszins
robschimmert 
Nou, ik gebruik zelf alleen de eerste drie niet echt, maar die andere toch wel.
Wat voel ik me door dit logje ineens oud zeg. Ik gebruik veel van die woorden nog met enige regelmaat.
Ik gebruik er nog negen van, geloof ik, in elk geval acht.
Behalve de eerste twee, die ik een beetje oubollig vind klinken, gebruik ik ze allemaal.