Met het verstrijken der jaren begint de Spaanse burgeroorlog, die zich afspeelde van 1936 tot 1939, steeds meer in de vergetelheid te raken. Ten onrechte, omdat het om een van de meest dramatische en tragische episodes gaat uit de geschiedenis van de twintigste eeuw, die de opmaat was en de voorafschaduwing vormde van de Tweede Wereldoorlog. Met het Spaans grondgebied als oefenterrein en een miljoen slachtoffers. Waardoor het geen wonder is dat het nog altijd een groot thema is in de hedendaagse Spaanse literatuur, vanuit welke hoek er zeker voor gewaakt wordt dat dit verdriet van Spanje aan het zicht van latere generaties onttrokken wordt. En gezegd moet worden dat dat met wisselend succes gebeurt. Zo was daar “De schaduw van de wind” dat in commercieel opzicht onovertroffen was, maar waarbij uit artistiek oogpunt de nodige vraagtekens gezet mochten worden. Dit in tegenstelling tot “De nacht der tijden“, het meest recente boek van de belangrijkste Spaanse schrijver van dit moment, Antonio Muñoz Molina, die wat mij betreft met deze vuistdikke roman erin geslaagd is om een literair monument van belang neer te zetten. Met zijn hartgrondige schets van het Madrid van vlak voor en tijdens de eerste dagen van de Spaanse burgeroorlog heeft hij een serieuze bijdrage geleverd om de kennis van en het gevoel voor die tragedie te verbreden en te verdiepen.
Hij is een van de eerste auteurs die het stereotiepe pad heeft verlaten en met name de contraterreur van de Republikeinen, van het linkse Volksfront dat in het rode Madrid aan de macht is, tot in detail beschrijft en daarmee het decor laat zijn voor het verhaal van gewone mensen met hun liefdes, vooroordelen, voors en tegens die het ook niet meer weten en met zichzelf overhoop of volledig op drift raken. Omdat er nu eenmaal geen ontkomen is aan de impact van het geweld om hen heen, hoe graag ze hun lieve leventje zouden willen voortzetten. Dat is de rode draad van “De nacht der tijden”, welke nog veel meer inzichten en thema’s te bieden heeft en je als lezer werkelijk heel veel brengt. Maar cadeau krijg je het zeker niet. Want van de eerste bladzijde af is de opperste concentratie vereist, aangezien Muñoz Molina een uiterst weelderig, om niet te zeggen barok taalgebruik heeft, met zinnen die over vele regels uitwaaieren en meanderen. Zodat je echt je best moet doen om bij de les te blijven. Maar slaag je daarin, wat nog beter lukt door tijdig wat rust te nemen en af te schakelen, dan krijg je er veel, heel veel voor terug, namelijk een prachtige roman die van begin tot de laatste letter de aandacht vast houdt en bovenal leesplezier verschaft. Waarbij het wel aanbeveling verdient om voordat er met dit boek begonnen wordt, de kennis over de aanloop tot de Spaanse burgeroorlog toch wat te verversen, omdat “De nacht der tijden” dan toch gemakkelijker leest.