Vandaag valt mij de eer te beurt om input te verzorgen voor de dertiende aflevering van die leuke rubriek ‘De 17 van DWDD’ bij mijn kollega – weblogger Mack. Een geluk dat ik niet bijgelovig ben, hoewel de omstandigheden er voor mij wel bijna naar zijn om het nog eens te worden. Maar dat terzijde. Hoofdzaak is dat mij gevraagd werd om een typisch andersdenkende Nederlander die de wereld ook nog een stukje beter heeft gemaakt, te nomineren voor die lijst van 17 ten koste van een andersdenker die al een plaats op die lijst heeft en daar dan uit verwijderd moet worden. De insteek die ik gekozen heb is dat het in elk geval iemand moet zijn over wiens betekenis en rol de geschiedenis en het nageslacht al een oordeel heeft uitgesproken. Want wie dat heeft overleefd, kan onmiskenbaar gewicht toegekend worden. Waarmee mijn twintigste eeuwse kandidaten het al meteen konden vergeten, hoe zeer mij dat ook aan het hart gaat. Ik bedoel zowel Joop den Uyl, de man die de mijnen sloot en de voorwaarden voor de welvaartsstaat schiep, als de dwarse auteur W.F. Hermans, die in zijn eigenzinnigheid prachtige boeken schreef.
Zij zouden beiden een plaats onder die 17 verdiend hebben, omdat ze hun unieke en vooral weerbarstige bijdrage hebben geleverd om het Nederland van de tweede helft van de twintigste eeuw mooier en beter te maken. Maar omdat ze te laat geboren zijn voor dat volgens mij zo nodige oordeel van de geschiedenis, moesten zij het afleggen tegen die rebel uit de negentiende eeuw die dat suffige en tuttige Nederland echt wakker heeft geschud met zijn tegendraadse maatschappelijke opvattingen en zijn voor die tijd ongekend moderne literatuur. Wie anders dan Multatuli kan dat zijn die met zijn ‘Max Havelaar’ en met zijn ‘Ideeën’ zijn tijd, naar nu blijkt, ver vooruit en ook de baas was. Hij hoort onbetwist bij die 17, waaruit Ischa Meyer rechtsomkeert dient te maken, omdat deze nog niet eens de schoenen van zijn plaatsvervanger mag poetsen, klein als hij is en niets meer heeft gepresteerd dan mensen het hemd van het lijf te vragen, maar van wie een andere bijdrage aan een beter Nederland toch deerlijk wordt gemist. Tot zover mijn input die zonder twijfel een eigen vertaling krijgt welke vanavond laat te lezen is op http://mackwebber.wordpress.com/
Je hebt gelijk dat Multatuli genoemd moet worden. En Ischa Meyer, die ijdeltuit eruit.
Dan hoef ik dat alvast niet meer te doen.
Zelf zal ik nog even moeten wachten, als ik al aan de beurt kom, omdat ik geen weblog heb.
Ik ben blij dat ik nog geen keuze hoef te maken. Aan de ene kant een vrouw, wel uit de 20e eeuw, die ik zeer bewonder en mijn leven een leidraad heeft gegeven, aan de andere kant, een zakelijk iemand, die de wereld wel degelijk veranderd heeft.
In principe kies ik altijd voor een vrouw. Maar nu twijfel ik nog.
En ik weet nog heel wat personen die zo die lijst uitgeknikkerd kunnen worden.
We zullen het wel zien.
Ik ben het met je eens wat betreft Ischa Meijer. Hij had zeker kwaliteiten, ik las zijn interviews in Vrij Nederland destijds erg graag. Maar zijn televisie-interviews waren tenenkrommend. Dus weg met Ischa en welkom Eduard.
En wat nu dan met de op zijn minst ontluisterende feiten over zijn persoonlijkheid, die je laatst las in een biografie? Heiligt het doel dan echt de middelen? Maar als dat zo is: wat is het doel dan nog waard?
Andersdenkenden hebben per definite een weerbarstige persoonlijkheid. Loop die 17 maar eens na. Je zult er weinig gezellige mensen onder aantreffen. Daarom past Multatuli naadloos in dat rijtje en is hij misschien wel het rolmodel van al die andersdenkenden.
‘Weerbarstig’ dekt toch een zeer veel breder scala aan moeilijke persoonlijkheden dan die van Ik Heb Een Heel Zwaar Leven-Multatuli. Een eigengeiler, die het nobele doel dat hij ‘for all to see’ nastreefde slechts heeft misbruikt om er zelf goede sier mee te maken, nog meer ten onrechte dan dat sowieso al is, omdat blijkt dat hij ook nog eens tezelfdertijd, aan de achterkant van die glimmende medaille, in zijn persoonlijke leven, een spoor van emotionele en god weet wat verder nog meer voor vernieling door machtsmisbruik pleegde achter te laten.
Dat is helemaal niet ‘andersdenkend’. Dat is niet meer dan een perverse voortzetting van de ordinaire, verdorven condition humaine en voegt, in retrospect, dus niets van werkelijke waarde toe.
Nou, sorry. Het zal allemaal wel zo zijn. Maar wat voor mij telt, is wat het allemaal heeft opgeleverd. Dat is in elk geval schitterende literatuur en verder een luide stem over de wantoestanden in onze kolonie die het negentiende eeuwse en burgerlijke Hollandse geweten, de koopmans – en Jan Saliegeest danig wakker heeft geschud. En om zoiets te realiseren kun je nu eenmaal geen brave Hendrik zijn. Ander voorbeeld: W.F. Hermans was een rancuneuze vent, een misbaksel die daardoor wel een schitterend oeuvre heeft kunnen opbouwen. Lees de biografie van Vestdijk en verwonder je over de psychiatrische geschiedenis van een man die desondanks of juist daardoor een fenomenale productie aan romans en essays heeft bereikt, met daaronder een aantal juweeltjes. En in de beeldende kunst en de muziek weet ik met gemak net zulke gekwelde genieen te noemen die ik liever niet in mijn vriendenkring had gehad.
Elk genie ondergaat kwellingen. Maar niet elk genie is, hoewel de kans groter, maar toch, daardoor automatisch ook een kwelgeest (laat staaaan dat elke gekwelde of kwelgeest een genie is, maar dat terzijde).
Overigens was van de medische experimenten van Mengele ook veel bruikbare kennis het resultaat. Ik bedoel: waar ligt de grens als we zo gaan redeneren?