Het moet mij maar niet kwalijk genomen worden dat ik mijn schouders ophaal voor de Occupy – beweging, die zich afficheert als antikapitalistisch en zich met name te weer stelt tegen de praktijken van regeringen, banken, beleggers en financiële instellingen die onder andere tot de huidige eurocrisis hebben geleid. Mijn idee is dat als je dat doet en je wat wilt bereiken dat dan de basis van het protest op de eerste plaatst woede dient te zijn. Je moet gewoon hartstikke kwaad zijn om energie vrij te krijgen voor je verzet en om dat ook lang vol te houden. Voor akkoorden en compromissen is er geen plaats als je je punt echt wilt maken en dus voortdurend op jezelf en je eigen gelijk terug zult moeten vallen. Daar is uithoudingsvermogen, geduld, geestkracht en vooral het geloof in de goede zaak voor vereist, met name omdat je alleen op jezelf aangewezen bent om die strijd met die gehaatte instituties aan te gaan. Dat zijn de basisvoorwaarden zonder welke een protest, een verzet nooit met succes afgesloten kan worden. Daarbij past slechts een grimmig gezicht, geen open vizier, maar uitsluitend dat onwrikbaar vertrouwen in een goede afloop van de zaak waarvoor de handschoen wordt opgenomen met dat enkele doel om die te winnen en de tegenstander, dus het kapitalisme, de bankwereld, de overheden, te verslaan.
Dat behoort een kiezelhard gevecht te zijn. In ieder geval niet dat spel dat er nu op het Beursplein in Amsterdam en op het Malieveld in Den Haag van wordt gemaakt en dat er nog het meeste op lijkt dat de opposanten en demonstranten toch maar het liefst en als het kan zo snel mogelijk wat graag vriendjes willen worden met alles en iedereen waar ze in feite te hoop tegen lopen. Zo oogt het tenminste wel. Ontzettend vriendelijk allemaal. Waarbij met name opvalt dat alles in overleg gebeurt. Godbetert, zelfs de spandoeken werden van het beursgebouw verwijderd nadat daarover afspraken waren gemaakt met de medewerkers van dat bij uitstek kapitalistisch bedrijf. Zo win je al geen oorlog, laat staan dat je iets bereikt met een protest dat nog niet eens een eigen dynamiek mag krijgen. O.k. wel die ene die de overheden bevalt, dus zich afspeelt binnen hun regels en mits de demonstranten zich beschaafd willen blijven gedragen. En dat gebeurt er op dit moment precies als ik hoor dat de manifestaties zich kenmerken door een gemoedelijke sfeer en het karakter hebben gekregen van een volksfeest met over het algemeen ludieke akties. Vandaar dat ik mijn schouders ophaal voor de hele Occupy – beweging, die dus geen deuk in een pakje boter van banken en beleggers zal schieten zolang ze volhardt in deze schertsvertoning, waar verder niemand wakker van ligt.
repressieve tolerantie heette zoiets in vroeger dagen. Ook nu is de omarming van de overheidsinstituties nog alom aanwezig. Soms lijkt het een verstikkende deken met zoals voortdurend blijkt ook meer en meer gevaarlijke kanten en dan denkt bespiegelaar niet alleen terug in de tijd , waar de zelf geconstrueerde DEUS EX MACHINA geruisloos en en vooral genadeloos zijn werk deed. Deze mondiale beweging zonder leiders moeten we in hun argeloosheid the benefit of the doubt geven, meer rest ons anno 2011niet. Zo denkt althans je bespiegelaar erover.
Syrie, hoe is het daar eigenlijk mee, qua protest? Is de bevolking moe, of zijn wij het nieuws over Syrie moe? Dat laatste vrees ik.
Dat laatste is het. Wij zijn namelijk niet meer geschikt voor het volgen van de traditionele revolutie, die nu eenmaal niet in 2 x 24 uur zijn beslag krijgt. Revoluties vragen geduld, van de deelnemers en van de toeschouwers. Nou, zoals je weet, is geduld geen 21e eeuws artikel, want rond 2000 in de uitverkoop gegaan.